Luchtfilters zijn een essentieel onderdeel van het dagelijks leven van veel mensen, vooral als het gaat om het verbeteren van de luchtkwaliteit binnenshuis. Ondanks hun alomtegenwoordigheid in veel huizen, kantoren en auto's blijven er echter veel misvattingen bestaan over hoe ze werken en hoe effectief ze zijn. Veel consumenten hebben onvoldoende inzicht in de functies, efficiëntie en selectiecriteria van luchtfilters, wat tot slechte beslissingen leidt.
Hoe hoger de MERV-waarde, hoe beter de filtratie
MERV (Minimum Efficiency Reporting Value) is een standaard voor het meten van de prestaties van luchtfilters, die weergeeft hoe goed een filter deeltjes van verschillende grootte in de lucht verwijdert. MERV-beoordelingen variëren doorgaans van 1 tot 20, waarbij hogere cijfers aangeven dat een filter kleinere deeltjes kan opvangen. Veel consumenten zijn echter van mening dat hogere MERV-waarden een beter luchtfilter betekenen, maar dit is een misvatting.
Hoewel filters met hoge MERV-waarden fijnere deeltjes opvangen, wat belangrijk is voor mensen met allergieën en bepaalde gespecialiseerde omgevingen (zoals ziekenhuizen of laboratoria), vormen ze ook potentiële problemen. Ten eerste verminderen filters met een hoog MERV-gehalte de luchtstroom aanzienlijk omdat ze kleinere deeltjes kunnen filteren, maar ook gevoeliger zijn voor verstopping. Dit betekent dat in sommige HVAC-systemen te dichte filters kunnen leiden tot een slechte luchtstroom, waardoor de algehele efficiëntie van het systeem wordt aangetast en het systeem zelfs overbelast raakt, waardoor het energieverbruik toeneemt.
Niet elke thuis- of kantooromgeving vereist filters met extreem hoge MERV-waarden. Als u bijvoorbeeld geen noemenswaardige allergieproblemen heeft of de luchtkwaliteit in uw huis niet slecht is, kan een MERV 8 tot 12-filter voldoende zijn. Bij het kiezen van het juiste MERV-filter moet rekening worden gehouden met de specifieke behoeften van uw huis en het ontwerp van uw HVAC-systeem, en niet alleen met het filter met de hoogste MERV-waarde.
Luchtfilters hoeven niet vaak vervangen te worden
Veel consumenten denken ten onrechte dat zolang hun luchtfilters er niet zichtbaar vuil uitzien, ze langere tijd mee kunnen gaan zonder vervanging. Dit is eigenlijk een gevaarlijke veronderstelling. Zelfs als een filter er schoon uitziet, kan het verstopt zijn met kleine deeltjes, waardoor de filtratie-efficiëntie aanzienlijk wordt verminderd. Over het algemeen moeten luchtfilters elke één tot drie maanden worden vervangen, afhankelijk van uw woonomgeving, gebruiksfrequentie en luchtkwaliteit.
Als u bijvoorbeeld huisdieren heeft, kan de concentratie van allergenen in de lucht hoog zijn, waardoor het filter gevoeliger wordt voor verstopping en vaker moet worden vervangen. Als u rookt of in een stoffige omgeving woont, moeten uw luchtfilters mogelijk vaker worden vervangen.
Het niet regelmatig vervangen van luchtfilters verslechtert niet alleen de luchtkwaliteit binnenshuis, maar vermindert ook de efficiëntie van uw HVAC-systeem. Als u gedurende langere perioden de filters niet vervangt, kan dit de apparatuur overbelasten, het energieverbruik verhogen en zelfs systeemstoringen veroorzaken. Daarom is het regelmatig controleren en vervangen van luchtfilters cruciaal voor het behoud van de luchtkwaliteit en de systeemefficiëntie.
Alle luchtfilters zijn gelijk gemaakt
Veel mensen gaan ervan uit dat alle luchtfilters gelijk zijn gemaakt en dezelfde resultaten opleveren, zolang ze aan bepaalde specificaties voldoen. In werkelijkheid zijn luchtfilters verkrijgbaar in verschillende soorten en specificaties, elk met zijn eigen unieke functies en effectiviteit. De meest voorkomende luchtfilters zijn HEPA-filters, actieve koolfilters en elektrostatische filters.
HEPA-filters (High-Efficiency Particulate Air) behoren tot de meest voorkomende luchtfilters op de markt. Ze vangen effectief meer dan 99,97% van de zwevende deeltjes op, inclusief pollen, stof, rook en huidschilfers van huisdieren. Ze zijn echter niet geschikt voor het verwijderen van gassen en geuren.
Actiefkoolfilters worden daarentegen vooral gebruikt om gassen en geuren te verwijderen. Ze verfrissen de lucht door gasmoleculen te adsorberen en zijn effectief in het verwijderen van verontreinigende stoffen zoals formaldehyde, vluchtige organische stoffen (VOS) en rook. Actieve koolfilters hebben echter een zwakkere deeltjesfiltratiecapaciteit en zijn niet in staat grotere deeltjes zoals pollen en stof op te vangen. Er zijn ook gespecialiseerde soorten luchtfilters, zoals elektrostatische filters, ionisatoren en ultraviolette (UV) filters, die de luchtkwaliteit verbeteren door respectievelijk elektrostatische aantrekking, neutralisatie van negatieve ionen of UV-desinfectie.
Het kiezen van het juiste filter voor uw specifieke luchtkwaliteitsbehoeften is cruciaal. U moet het juiste filter kiezen op basis van het type vervuiling in uw kamer (zoals fijnstof, gassen en geuren), in plaats van simpelweg een populair filter te kiezen.
Luchtfilters hoeven niet regelmatig te worden vervangen of gereinigd
De primaire functie van een luchtfilter is het opvangen van verontreinigende stoffen in de lucht, die geleidelijk de vezels of poriën van het filter verstoppen, waardoor de efficiëntie ervan afneemt. Zelfs als u geen zichtbaar vuil ziet, verzamelt het filter mogelijk stof, pollen en andere kleine deeltjes. Daarom is het essentieel om regelmatig de staat van het filter te controleren en het onmiddellijk te vervangen.
Verschillende soorten filters hebben verschillende reinigingscycli. Sommige filters zijn zo ontworpen dat ze wasbaar zijn en kunnen worden gereinigd en hergebruikt door ze te wassen of te stofzuigen. Zelfs wasbare filters moeten echter na een bepaalde gebruiksperiode worden vervangen, omdat hun filtercapaciteit na verloop van tijd geleidelijk afneemt.
Als u de filters niet regelmatig reinigt of vervangt, heeft dit niet alleen invloed op de luchtkwaliteit, maar kan dit ook leiden tot een verminderde systeemefficiëntie en zelfs tot uitval van apparatuur. Daarom is het regelmatig controleren van de status van het filter en het garanderen dat het goed blijft werken de sleutel tot het behoud van de binnenluchtkwaliteit en de gezondheid van de apparatuur.










